Hoe een tafelkleed een meesterwerk werd

AVROTROS

Als je goed kijkt naar Chagalls schilderij ‘The Fiddler’ (1912-13) zie je op het werk lijnen door de verf heen schijnen. Dat komt omdat Chagall zijn wereldberoemde werk schilderde op een tafelkleed! Waarom deed hij dat? En hoe kwam het schilderij in Amsterdam terecht?

Een symbolisch afscheidscadeau

Marc Chagall (1887-1985) verlaat op 23-jarige leeftijd het Russische Vitebsk om het als kunstenaar te gaan maken in Parijs. Als hij als een gevierd schilder terugkomt, kan hij de ouders van zijn geliefde (Bella) ervan overtuigen dat hij een serieuze huwelijkskandidaat is voor hun dochter. Chagall en Bella zijn smoorverliefd, maar Bella’s familie is een van de rijkste families van de stad en in die kringen werd je uitgehuwelijkt. 

Als Chagall vertrekt geeft Bella, naar het schijnt, een tafellaken als symbolisch afscheidscadeau. Jeroen Krabbé zoekt op de markt in Vitebsk naar een gelijksoortig tafelkleed en vertelt over de symbolische betekenis die het cadeau kan hebben gehad. 

Jeroen Krabbé op de markt in Vitebsk

Geldnood

In Parijs kent Chagall enkel zijn vriend Viktor Mekler uit Vitebsk en zijn leermeester Léon Bakst, die hem had afgeraden naar Parijs te gaan vanwege de vele concurrentie. Chagall spreekt de taal niet en heeft ook niet veel geld. Hij kan dus geen schilderslinnen kopen. Dat is mogelijk ook de reden dat hij het werk ‘The Fiddler’ (1912-1913), kort na zijn aankomst in Parijs op een tafelkleed heeft geschilderd. Hij kocht oude schilderijen op rommelmarkten en schilderde daar overheen of gebruikte tafellakens of beddenlakens, want dat kostte niks. Mogelijk schilderde hij 'The Fiddler' op het tafelkleed dat Bella hem als afscheidscadeau gaf! Een tafelkleed typisch voor Vitebsk. 

Het schilderij 'The Fiddler' in Amsterdam

Hoe het werk uiteindelijk in Amsterdam terecht is gekomen (het maakt nu deel uit van de collectie van het Stedelijk Museum in Amsterdam) en waarom ‘The Fiddler’ nou zo’n bekend werk is geworden, vertelt Jeroen Krabbé in het Stedelijk Museum. Daar op de restauratie zolder krijgt hij het werk van beide kanten te zien. 

Uit materiaal-technisch onderzoek van Het Stedelijk Museum Amsterdam, blijkt dat Chagall het ruitpatroon van het tafelkleed gebruikte als grid voor de huizen in de compositie. Het werk is erg kwetsbaar, omdat de stof van het tafelkleed losser is geweven dan schilderslinnen. Ook gebruikte hij geen laag grondering. 

Jeroen Krabbé op de restauratiezolder van het Stedelijk

Verborgen onder de lagen verf

Aan de ondertekeningen in het werk ‘The Fiddler’ is te zien dat Chagall verschillende kleine compositiewijzigingen heeft gemaakt. Zo schetste hij een figuurtje met een gestipte broek en armen reikend naar iets in de boom. Het mannetje is niet op het uiteindelijke werk te zien, maar er zijn wel tekenen zichtbaar met het blote oog. Madeleine Bisschoff van het Stedelijk Museum laat Jeroen de ondertekeningen zien. 

De ondertekeningen van 'The Fiddler'