Gideon, een tweedejaars student, zet voor het eerst in uniform voet op de Utrechtse straten en ontdekt hoe het is om de wereld door de ogen van een agent te zien.
Met een Indonesische vader en een jeugd op de voetbalveldjes in de buurt, balanceert hij tussen twee werelden: de wijk waarin hij is opgegroeid en de politie.
Gideon hoopt een brug te slaan tussen beide, maar worstelt met de vraag hoe de jeugd van de voetbalveldjes hem zal zien als hij daar straks in uniform staat.