Interview cellist Anton Spronk: "Ik wil muziek de wereld in brengen"

AVROTROS

Zijn eerste ‘cello’ was een altviool op een pin, die hij als vierjarig jongetje in de lesruimte van zijn vader op zolder bespeelde. Tegenwoordig reist Anton Spronk (26) - deelnemer aan het talenttraject AVROTROS Klassiek presenteert! - langs internationale concertpodia met een kostbare cello uit 1865 van J.B. Vuillaume: een ‘Franse Stradivarius’, in bruikleen van het Nationaal Muziekinstrumenten Fonds.

In een hoek van de woonkamer glanst een zwarte vleugel. Onder de wenteltrap staan drie cellokisten. Onwillekeurig grijpt cellist Anton Spronk met zijn rechterhand naar de linkerschouder voor een korte massage. De lange dagen in de opnamestudio resoneren nog na in zijn lichaam. Jaren studeren in het buitenland hebben zijn zachte Brabantse G afgesleten. Zijn leven ligt in Berlijn, waar hij na twee masters nu concoursen voorbereidt met professor Jens-Peter Maintz. De cd-opnames voor AVROTROS hebben hem teruggelokt. Hier, in zijn ouderlijk huis in Vught, geeft hij elk jaar een kerstconcert voor de buurt, met vader Frank op cello en broer Gerard op viool.

Dit artikel is afkomstig uit het magazine 'AVROTROS Klassiek presenteert Anton Spronk' met daarin de debuut-cd van de 26-jarige cellist Anton Spronk. Maak kennis met 'AVROTROS Klassiek presenteert!' en vraag eenmalig een magazine inclusief debuut-cd gratis aan.

Maak gratis kennis en vraag magazine en cd aan

Rode kool

"Thuis stond altijd muziek aan. Mijn broer oefende dagelijks op zijn viool. Ik vond cello interessanter. Dat komt door mijn vader, die mij als cellodocent de basis bijbracht. Die eerste jaren speelde ik de door hemzelf geschreven liedjes en teksten. Als we rode kool aten schreef hij een liedje over rode kool. Dat was leuk: ik moest ze altijd eerst zingen en dan spelen. Mijn vader had ook een strenge kant. Hij vond het belangrijk dat ik van jongs af aan tijdens zijn lessen aantekeningen maakte in een schriftje, zodat ik er ook echt iets van opstak. Ik weet nog dat het zomer was en ik absoluut niet wilde oefenen. Ik wilde voetballen! Toen pakte hij 's avonds mijn cello in – een leeninstrument — en zei: “Ik breng hem morgen wel terug naar de muziekschool.” Als vriendelijk duwtje in de rug."

“Op het podium ontstaat het echte geluk.”
Anton Spronk

Veiligheid

"Vanaf mijn vijfde zat ik bij de Fancy Fiddlers, de strijkersgroep van Coosje Wijzenbeek. Daar leerde ik samenspelen en uit het hoofd spelen. Mijn klasgenoten vonden het raar dat ik al jong wist dat ik cellist wilde worden. Maar op mijn achtste mocht ik voor koningin Beatrix optreden, samen met mijn broer. Toen begrepen ze wel dat het serieus was. Op mijn twaalfde heeft mijn vader mij bij wijze van spreken op straat gezet. Ik had graag liever nog een jaartje van hem les gehad: veilig en comfortabel. Maar uiteindelijk was het een goede beslissing. Mijn nieuwe lerares, Monique Bartels, was betrokken bij de Cello Biënnale. Dat was zo inspirerend, want daar kwamen alle topsolisten uit de wereld bij elkaar."

Puntjes op de i

Op zijn achttiende vertrok Anton naar Zürich, om aan zijn solowerk te schaven. "Thuis hingen vroeger overal foto’s van Mstislav Rostropovitsj. Hij was een intens en gepassioneerd cellist. De Russische stijl is zwaar en romantisch, met veel vibrato. Mijn leraar in Zürich was een nazaat van de school van Rostropovitsj, maar voegde daar de Zwitserse precisie aan toe. Dat was voor mij heel goed. Want als je alleen leunt op de Russische stijl, kan je spel wat slordig worden."

Topsportmentaliteit

Dit jaar is Anton een van de laureaten van Dutch Classical Talent, maar tevreden achteroverleunen is er niet bij. Op wintersport of surfvakantie gaat de cello mee, want na een paar dagen vrij worden de vingers al snel minder. "Ik heb een topsportmentaliteit, ik ben vrij kritisch op mezelf. Ik oefen vaak voor de spiegel om mijn houding te controleren. Het is grappig, ik vind dat mijn rechterhand, mijn stokhand, er soms niet mooi natuurlijk uitziet, terwijl ik ontspannen ben.’"Ook aan zijn techniek blijft hij, als linkshandig cellist, schaven. "Alles in het leven doe ik met links, dus coördinatie en fijne motoriek zijn voor mijn rechterhand lastiger."

Grote concoursen worden voorbereid met professor Jens-Peter Maintz, een beroemde maar ontspannen jonge vijftiger. "We werken nu vooral aan mijn uitstraling. Vroeger zat ik heel erg met mijn hoofd naar beneden mijn vingers te bekijken. Bij een lastig loopje mag dat best, maar als je het voortdurend doet, laat dat zien dat je niet alles onder controle hebt. Tijdens concerten beweeg ik vaak mijn mond. Het is een reflex, zoals wanneer je je tong uit je mond laat hangen als je aan het timmeren bent. Mijn mond laat alles zien. De opnames van de finale van het Prinses Christina Concours uit 2010 kan ik haast niet terugkijken: vreselijk! [zucht] Ja, je kunt nog zo goed spelen, maar als je uitstraling dat niet weerspiegelt komt het toch raar over."

Loslaten

In 2019 bereikte Anton de semifinale van de prestigieuze ARD International Music Competition én won hij de eerste prijs bij de Benedetto Mazzacurati International Cello Competition. "Concoursen zijn een vak apart. Bij een concert kun je doen wat je wilt. Je kunt experimenteren en helemaal tot het randje gaan. Maar een concours is een voortzetting van een traditie. Een jury vergelijkt jouw prestatie met wat ze kennen. Maar dat is subjectief, je kunt niet zeggen: “Kijk het staat 1-0, dus jij hebt gewonnen”. Dat vinden veel mensen lastig. Die denken: ik heb zo hard gestudeerd, waarom wint nou die ander? Maar mijn doel is niet die eerste prijs halen, maar het traject daarvoor, en de kans om beter te worden. Ik kan goed onder druk presteren. Ik ken weinig podiumangst. Dat heeft ook met mijn opvoeding te maken. Mijn ouders zijn met Indiase filosofie bezig. Die draait om het zoeken naar rust en innerlijk geluk. Vedanta zegt: je moet zelf ergens moeite voor doen, maar op zeker moment moet je het loslaten. Je kunt niet alles zelf beïnvloeden. Als je het podium opgaat met het idee dat het om jou gaat, komt daar een andere druk op te staan dan wanneer je denkt: ik bereid me goed voor, maar uiteindelijk ben ik alleen maar een instrument om het idee van de componist door te geven. Ik wil muziek de wereld in brengen, en als dat lukt is mijn leven vervuld."

“Ik wil muziek de wereld in brengen. Als dat lukt, is mijn leven vervuld.”
Anton Spronk

Streven

Op zijn cellokist prijkt een sticker van Eggenfelden klassisch, het jaarlijkse festival in Zuid-Duitsland, dat Anton leidt en programmeert met zijn vriendin Larissa Cidlinsky. "Daarnaast speel ik concerten als kamermusicus en geef ik les, dat ligt me erg. Maar ik probeer me ook zo goed mogelijk te ontwikkelen als solist, dat is mijn hoogste doel. Veel vrienden zijn tevreden met een tuttibaan in een orkest. Dat is prachtig werk waar ik niks op tegen heb. Maar ik hoor vaak dat mensen als ze eenmaal in een orkest zitten, steeds minder gaan studeren. Ik wil altijd op het puntje van mijn stoel zitten. Alleen al het streven naar een solocarrière maakt je ook beter in kamermuziek."

Op dun ijs lopen

Zijn mooiste concert beleefde Anton in 2019, tijdens de finale van het Mazzacurati Concours, waar hij het celloconcert van Antonín Dvořák uitvoerde. "Dat is het ultieme celloconcert. Er zit heimwee in, liefdesverdriet, feestelijkheid en triomf. Het leuke is dat er een enorm orkest bij zit met een kopersectie. Dat is zo’n groots geluid! Het betekent ook dat de blazers ver achter je zitten. De dirigent en concertmeester geven richting aan, maar de muziek is zo luid. Ergens in de verte hoor je een fagot, hobo of klarinet, waar je je op moet richten, maar je hoort ze nauwelijks. Dus wie volg je dan? De hiërarchie is op papier duidelijk, maar in de praktijk moet je ter plekke die keuze maken. Dat was spannend, alsof ik op dun ijs liep. Het was een ongelooflijke ervaring. Ik ben zo graag op het podium. De voorbereiding moet je gedisciplineerd doen, soms voelt dat als werk. Maar als het er echt om spant, als je daar op het podium alles moet geven: dat is voor mij waar het echte geluk ontstaat."

Interview: Minou op den Velde

Dit interview komt uit het magazine 'AVROTROS Klassiek presenteert Anton Spronk', behorende bij de debuut-cd van cellist Anton Spronk. Anton nam zijn debuut-cd op binnen het talenttraject AVROTROS Klassiek presenteert!, waarin jong klassiek talent de kans krijgt hun eerste album op te nemen. Voor 10 euro per jaar steun je dit traject en krijg je drie keer het magazine inclusief debuut-cd thuisgestuurd.

Word lid van AVROTROS Klassiek