Theekopjes van bont, tafels met dierenpoten en harige sieraden. De ontwerpen van kunstenaar Meret Oppenheim zijn speels, ironisch en surreëel.
De Duitse kunstenaar Meret Oppenheim (1913-1985) vertrok op 18-jarige leeftijd naar het bruisende Parijs van de jaren dertig. Daar raakte ze bevriend met André Breton en raakt via hem in aanraking met het surrealisme. Ze maakte furore met haar speelse ontwerpen, maar kon moeilijk met de roem omgaan. Jarenlang leefde ze een teruggetrokken leven, maar vanaf 1954 begon ze weer volop te creëeren.
Bij deze tafel heeft Oppenheim de term tafelpoten heel letterlijk genomen. Het lijkt alsof de tafel elk moment weg kan lopen.
Prachtig, maar toch ook wel een beetje luguber, deze bloeddoorlopen handschoenen...
Ook al zo'n wonderlijke combinatie tussen dier en voorwerp. Bier voor na een boswandeling?
Oppenheim maakte meerdere van dit soort ringen en armbanden met bont. Het lijken wel een soort wielen.
Altijd handig om een voorraadje suiker op zak, eh op hand, te hebben! Of als trouwring om de zoete liefde te bezegelen.
Met dit werk werd Oppenheim wereldberoemd. Zou jij hieruit willen drinken?
Tot en met 5 september is het werk van Meret Oppenheim te zien in Design Museum Den Bosch bij de tentoonstelling 'Für dich - wider dich'. Marieke Uildriks nam voor Nu te Zien! een kijkje en kwam van alles te weten over het leven van deze bijzondere surrealist die geen surrealist genoemd wilde worden. Kijk de aflevering terug via onderstaande link!